Naarmate paus Franciscus zich meer en meer manifesteert in het Vaticaan openbaart hij zich als een coole dude. Het wordt zelfs voor de meest geharde katholiekenhater steeds moeilijker de paus geen credit te geven voor zijn paus-zijn. De wereld heeft decennia lang te maken gehad met pausen die op papier de eindbaas van de katholieke kerk waren en zich maar al te graag manifesteerden als vaders van de kinderen van God, maar daar hopeloos in faalden in de praktijk.
En toen, op 13 maart van dit jaar, was daar paus Franciscus. Geboren als Jorge Mario Bergoglio in 1936 en met een enorme staat van dienst als good guy in Buenos Aires. Wikipedia zegt over hem het volgende: “Zijn hele leven, als individu zowel als religieus leider, staat hij bekend om zijn nederigheid, zijn bekommernis om de armen en zijn inzet voor dialoog als een manier om bruggen te bouwen tussen mensen van alle achtergronden, overtuigingen en religies. Sinds zijn verkiezing tot paus toont hij een simpelere en minder formele aanpak van het pausdom. Zo verkiest hij het Vaticaans gastenverblijf als woonstee in plaats van het Pauselijk Paleis.” Maar daar bleef het niet bij.
We hebben in de loop van de tijd wat afgeschreven over het fenomeen paus. En dat was vaak niet mild. Terecht ook. Paus Benedictus, met zijn foute verleden was het toonbeeld van arrogantie en het gezicht van een kerk die door pedofilie-schandalen zichzelf ten schande had gemaakt. Een nietszeggende lafaard die kansen te over heeft gehad om eindelijk die kerk eens de 21e eeuw in te trekken maar vroegtijdig het veld ruimde, “wegens gezondheidsproblemen“. En waren we in het begin vooral sceptisch tegenover de zoveelste pion van het Vaticaan, die zéker geen onbeschreven blad is; vandaag de dag begint de stemming een beetje om te slaan.
Paus Franciscus blijkt namelijk strater dan straat te zijn. Een sobere en integere kerel, die zijn uiterste best doet om zijn vroegere barmhartig functioneren in Buenos Aires voort te zetten en daarmee een voorbeeld te stellen aan de rest van de wereld. Zo kan het dus ook. Frans die de voeten van gedetineerden wast en kust, Frans die een zwaar mismaakte man met neurofibromatosis kust en omhelst, Frans die politici op hun flikker geeft op Lampedusa omdat ze niet menselijk genoeg zouden handelen tegenover de vluchtelingen die daar aanspoelen, Frans die de vermoorde aartsbisschop Romero verdomme zálig verklaard wil hebben, Frans die baby’s kust (en tóch geen enge beelden oproept) en tot slot: Frans die een ander geluid laat horen. Allemaal show? Zieltjeswinnerij? Boetedoening voor alle ellende die de katholieke kerk de afgelopen jaren in opspraak heeft gebracht?
We kunnen wel blijven zaniken natuurlijk maar Franciscus hóéft het niet te doen allemaal… Hij hóéft niet te kiezen voor een residentie in een sober huisje in plaats van het pauselijk paleis. Hij hóéft niet zijn zwaar gepantserde pausmobiel op te geven voor een aftandse Renault 4 uit 1984. En hij hoeft ook zéker niet zijn ordedienst, de Zwitserse Garde, er ’s avonds op uit te sturen om de gaarkeukens te bemannen om daar een helpende hand te laten bieden, onder leiding van de speciaal daarvoor uit de mottenballenzak gehaalde Aalmoezenier. Maar hij doet het wél. En zelfs de grootste atheïst zal moeilijk kunnen ontkennen dat het in ieder geval geen kwaad kan, deze reuzenstappen vooruit. Haten kan altijd nog.