Koopjesjagend Nederland heeft zich dit jaar massaal op de elektrische auto gestort. Goed voor het milieu en vanwege het fiscale voordeel ook nog eens goed voor de portemonnee. De explosieve groei van het aantal stekkerauto’s met tweehonderd procent heeft echter niet alleen maar voordelen.
De verantwoordelijkheid voor het uitrollen van een nationaal oplaadnetwerk is namelijk in handen van de gemeenten. En die hebben vanwege de crisis wel wat anders aan hun hoofd dan het plaatsen van dure laadstations. Hierdoor blijft de hoeveelheid oplaadpunten sterk achter bij de achttienduizend nieuwe elektrokarretjes. Schaarste dus. Met files bij de laadpaal als gevolg. Aangezien het laden varieert van dertig minuten tot een schrikbarende elf uur, kunt u zich voorstellen welke taferelen zich bij zo’n elektrische benzinepomp afspelen. Voordringen, agressie, scheldpartijen. Kortom, een heleboel oplaadstress. Even snel volgooien is er niet meer bij. Helemaal niet als er op de oplaadplek ook nog eens een niet-ladende auto of een benzineslurper staat, die de plek als gratis parkeerplaats gebruikt. Daar hadden de beleidsmedewerkers vervoer en milieu geen rekening mee gehouden en dus voert onder meer de gemeente Utrecht per 2014 betaald parkeren in voor opladende elektrische auto’s. Weg financieel voordeel. Ook een familiebezoek buiten de grote steden wordt een hachelijke onderneming. Op het platteland hebben ze nog nooit van een oplaadpaal gehoord. Het is dus maar de vraag of u ooit weer thuis komt.
Een elektro-auto is vooral handig als u over een eigen laadpaal beschikt, kleine stukjes rijdt en alle tijd van de wereld heeft. Voor velen van u is dit niet het geval. Toch adviseren wij u om vandaag nog zo’n stroommobiel te kopen. Dan bent u pas echt duurzaam en groen bezig. Terwijl de auto de hele dag aan de oplader staat, doet u de boodschappen. Op de fiets.