Wubbo Johannnes Ockels (Almelo 28 maart 1946) was natuurkundige, piloot, hoogleraar en, ach zoete jongensdroom, ruimtevaarder. Hij was in 1985 de eerste Nederlander ooit die een vlucht door de ruimte maakte. De man met die prachtige jaren zeventig pornosnor.
Ockels was de dood meerdere keren te slim af in zijn leven. Hij stierf bijna aan de gevolgen van een ernstige bacteriële ziekte, werd de ruimte ingeschoten in een spaceshuttle met mankementen (dezelfde Challenger die negentig dagen later alsnog bij de lancering ontplofte), werd in zijn privévliegtuig overreden (!) door een landende Airbus A320 en stapte ongeschonden uit de cockpit, kreeg een zware hartaanval en werd succesvol geopereerd aan een niertumor. In 2013 werd bij hem niercelkanker vastgesteld, die hem op 18 mei 2014 om 11.08 uiteindelijk fataal werd.
Na zijn carrière als astronaut hield Ockels zich als wetenschapper van de Technische Universiteit Delft vooral bezig met onderzoek naar duurzame vormen van energiewinning. Hij was betrokken bij het ontwikkelen van de zonne-auto Nuna, de superbus die 250 kilometer per uur over de Afsluitdijk kon razen en het zero-emission zeilschip Ecolution. Zijn naam leeft voor eeuwig voort door een naar hem vernoemde planetoïde, 9496 Ockels.
Met de dood van Wubbo Ockels (68) is een markante en gedreven wereldverbeteraar van de aardbodem verdwenen. Maar wel een die zijn sporen in de geschiedenis van de ruimtevaart en de duurzame technologie heeft nagelaten. Sterker nog, Wubbo Ockels is geschiedenis.