Prammen, memmen, bloemkolen, borsten, jopen, kanonnen, knoppen oftewel tieten. Eindelijk mogen ze gezien worden van Facebook! Hoera! Anatomische gerechtigheid! Kleine kanttekening: er moet wel een koter aanwezig zijn op de foto. Als je het voorheen in je botte hersens haalde om ook maar de kleinste glimp van een blote tiet of tepel op Facebook te plempen, dan werd je account zonder waarschuwing door de SSuckerberg-Gestapo van ’s werelds grootste smoelenboek af gemiept. Hun regels waar jij voor getekend hebt. Dus.
Alleen popzangeres Rihanna pikte het niet. Rihanna is van de borstjes en niet vies van een beetje naakt. Het is immers 2014. Toen haar Instagram account (voor een miljoen miljard gekocht door de Facebook Group) voor de zoveelste keer op zwart werd gegooid was voor haar de maat vol. En met haar vele vrouwen die het beu waren dat zij geen foto’s van ontblote bovenlichamen mochten plaatsen en de mannen wel. De haatcampagne #FreeTheNipple heeft de heren van Facebook blijkbaar aan het denken gezet om hun oude regelgeving met betrekking tot naaktheid en pornografie aan te passen. Want als het verbieden van zogenaamd seksistische afbeeldingen tot gevolg heeft dat jouw bedrijf een sekse-ongelijkheidsstempel opgedrukt krijgt kun je in Amerika maar beter eieren voor je geld kiezen. Voordat de miljardenclaims je om de oren vliegen that is.
Om de vernieuwde regels even uit te testen heeft de Amerikaanse blogger Paala Secor de proef op de som genomen. Ze plaatste een foto van haar ontblote tieten en een zogend kind erbij. Prompt werd de foto een dag later door de moderators van Facebook verwijderd. Na een hoop getouwtrek en een slap excuus (‘we waren nog niet op de hoogte van de nieuwe regelgeving’) was de kogel door de kerk en mocht Secor haar foto weer op Facebook zetten. Het gaat nog wel even duren voordat we foto’s de la Heleen van Royen op Vleesboek mogen aanschouwen maar onder het motto van ‘alle kleine beetjes helpen’ is dit voor alle borstenmannen wereldwijd een stap in de richting. Driewerf hoera!
Nu jij nog Mischa Hilhorst
Zal tijd worden.