“Het woord waar deze verkiezingen eigenlijk over gaan, is vanavond slechts één keer genoemd: de provincie.” Jeroen Pauw vatte mijn verbazing aan het einde van het Grote Pauw Verkiezingsdebat zelf enigszins gegêneerd samen. Leeft de provincie dan werkelijk alleen als Henk Kamp weer eens plichtmatig de Groningse aardbevingschade komt bekijken?
Je zou het misschien niet zeggen als je de landelijke thema’s van de debatten tussen Rutte en co. er nog even bij pakt, maar we kiezen aanstaande woensdag indirect een fossiel bestuursorgaan via een volstrekt overbodige bestuurslaag: de Provinciale Staten. Het idee van twaalf Provinciebesturen, zeg maar wat ze in échte landen deelstaten noemen, is voor een Mickey Mouse-landje als het onze natuurlijk regelrechte folklore. Een overblijfsel uit de tijd dat je er een volle dag over deed om per postkoets vanuit Den Haag de uithoeken van het land te bereiken en wetgeving en besluiten met die snelheid dus de haarvaten van het systeem konden vullen. Als het aan mij lag zou Nederland prima in maximaal 4 of 5 regio’s kunnen worden verdeeld. Begrijp me niet verkeerd: ik ben niet voor het afschaften van de culturele eigenheid van de Friezen of de Limburgers. Blijf vooral lekker fierljeppen en carnaval vieren zou ik zeggen. Hap je koek en sla je gans tot je een ons weegt. Maar waarom moet er over een binnenweg van Emmen naar Ter Apel in de Provinciehuizen van Drenthe en Groningen worden vergadert?
Waarom al die (drie)dubbele salarissen, al dat gepraat, al die (al dan niet terechte) declaraties van al die Statenleden in al die Provinciehuizen die min of meer hetzelfde werk zitten te doen als hun collega’s een paar kilometer verderop? (In het geval van Assen en Groningen is dit amper 30 kilometer!) De burger is dat verkwistende gedrag van de overheid volgens mij – om maar eens met Geert Wilders te spreken – spuugzat! Maar waarom dan dat verzet tegen bijvoorbeeld een Noordvleugelprovincie die de min of meer voor alle huidige provincies geldende belangen zou kunnen behartigen? Een bestuursorgaan dat de inwoners van drie of vier provincies vertegenwoordigt lijkt mij sterker te staan tegenover het centrale gezag in de Hofstad, dan al dat provinciale gepiep afzonderlijk.
Het Rijk stoot al steeds meer taken af naar de gemeenten, die overigens ook al steeds vaker om precies dezelfde reden als hierboven beschreven zijn gefuseerd. En dat is logisch ook. Decentralisatie is, anders dan ‘marktwerking’ één van de weinige neo-liberale toverwoorden die haar glans vooralsnog niet heeft verloren. De klassieke rijkstaken zoals veiligheid, zorg, onderwijs, defensie etc. kunnen uiteraard blijven waar ze horen: bij de regering in Den Haag. De rest kan – onder aansturing – naar de gemeenten worden overgeheveld. Daar hoeft geen Gelders, Brabants of Zeeuws Statenlid zich nog tussen te wurmen.
Dus, wat doen we met die vaak door verkoop van energiebedrijven schathemelrijke, maar evengoed geldverslinkende provincies? Schaf ze alsjeblieft – in hun huidige vorm – vandaag nog liever dan morgen af. Van alleen al het geld dat door het samenvoegen van de noordelijke provincies tot één kan worden bespaard, kun je alle Groningse aardbevingsschade ruim vergoeden.